Uit: Zorgmagazine van april 2004
Auteur: Bruno Tunderman
Tijdens het 4e symposia worden grote stappen gezet. De inbreng van KNMG, CTG, Nictiz en VWS levert een positieve bijdrage die moet leiden naar pragmatische vooruitgang. Hou de aankondiging van het 5e symposium in de gaten....!
In augustus 2002 komen voor de eerste keer enthousiastelingen, vooruitlopers en pioniers uit de zorg en IT dienstverlening bij elkaar. Stichting Humanitas Rijnmond stelt haar faciliteiten ter beschikking in haar levensbestendige woonomgeving Akropolis aan de Achillesstraat 290 in Rotterdam. Hans Becker voorzitter van de Raad van Bestuur en Robert Mol, huisarts en praktiserend e-maildokter zijn de grote motoren achter deze bijeenkomst.
Het blijkt dat veel zorgverleners vinden dat IT hulpmiddelen onvoldoende worden toegepast binnen het zorgstelsel. Er bestaan technisch wel mogelijkheden maar de regerende overheidsinstanties zijn het nog niet eens. E-Mail en Internet bieden misschien technisch wel interessante mogelijkheden maar zaken als beveiliging, authenticatie (wie is wie), vergoedingen, sponsoring en kwaliteit van de zorg staan een brede acceptatie van de nieuwe technologieën in de de weg.
Toch zijn de aanwezigen van mening dat IT beter ingezet zou moeten kunnen worden en dat de invoering sneller moet dan op dit moment het geval is.
De hoeveelheid aanwezigen (circa 100 deelnemers) tijdens dit symposium in augustus bewijst dat velen dezelfde mening zijn toegedaan. Het Nationaal Platform E-Health is geboren.
Het Nationaal Platform E-Health stelt zich ten doel om een gespreks- & ontmoetingsplatform te bieden voor landelijke zorgverleners, IT deskundigen, zorgverzekeraars en andere geinteresseerden. Door het uitwisselen van ideeën en ervaringen wordt een beeld gevormd van de landelijke behoefte naar betere en snellere communicatie, uitwisseling van gegevens tussen huisarts en specialist en ontstaat een beeld van betere zorgverlening en optimalisering van het zorgproces zelf. Praktijk ervaringen van Tele-zorg bijvoorbeeld; Teledermatologie waarbij via webcams en digitale camera’s een betere diagnose gesteld kon worden dan in het persoonlijke consult, zijn hier de sprekende voorbeelden.
In één van de inmiddels 4 symposia welke het Platform organiseerde ontstaat de conclusie dat het huisartsentekort in Nederland mede opgelost zou kunnen worden door de introductie van het e-mail en SMS consult. Als tien procent van de consulten tussen arts en patiënt voortaan via e-mail plaats vindt, is er geen gebrek meer aan huisartsenzorg in Nederland.
Nederland telt op dit moment zo´n 7700 huisartsen, die jaarlijks ruim zestig miljoen consulten voor hun rekening nemen. Als 10 procent van deze consulten voortaan wordt afgehandeld via e-mail is het huisartsentekort direct opgelost. Uit de praktijk voorbeelden van deelnemers van het Nationaal Platform E-Health blijkt dat de 'digitale dokter' een realistische optie is, die bovendien snel landelijk ingevoerd kan worden.
Uit het onderzoek van de RVZ (Raad voor de Volksgezondheid en Zorg) van 2 september blijkt tevens dat 75% van de Nederlandse Internetgebruikers in 40% van de gevallen daadwerkelijk minder vaak op het spreekuur van de huisarts zal komen indien het contact via e-mail kan plaatsvinden.
Bovendien wordt op jaarbasis een besparing van 160 miljoen euro gerealiseerd voor de Nederlandse economie, omdat een e-mailconsult veel minder tijd in beslag neemt dan een regulier consult.
Een gemiddeld bezoek kost een patient circa 2 uur tijd die tijdens werkuren ten koste gaat van productieve uren. Een e-mail maken en versturen kost de patient circa 15 minuten, een besparing dus van minimaal 1 uur over 10% van 64 miljoen consulten is 6,4 miljoen uur x € 25,- = 160 miljoen Euro.
Duidelijke vraag
De deelnemers van het Platform hebben de afgelopen twee jaar geëxperimenteerd met het e-mailconsult. Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat niet alleen het huisartsentekort langs deze weg wordt opgelost, maar ook dat het digitaal contact met een huisarts aansluit bij de behoeften van steeds meer Nederlanders. Er is een duidelijke vraag naar mogelijkheden om vanuit huis zorgverleners te kunnen consulteren.
Multi-Media
Naast het e-mail consult houdt het Nationaal Platform E-Health ook nauw contact met andere E-Health projecten zoals een nationaal patientendossier via Internet, Teledermatologie en zelfdiagnose systemen. De integratie van verschillende media moet het mogelijk maken om sneller en effectiever met patienten te kunnen communiceren. De Patient/Consument kiest het contact kanaal, of dit nu de telefoon, het ´normale´ spreekuur, het e-mailtje en zelfs SMS berichten is, of via het Internet een direct live contact wil met een zorgverlener via chatten of Voice & Video als men over een headset met webcam beschikt.
Kortom integratie en een uniform communicatie platform zijn essentiëel voor het introduceren van nieuwe mogelijkheden en het verbeteren van de dienstverlening. Verschillende self-service systemen als e-mail en kennisdatabases moeten worden aangesloten op een communicatie netwerk waarbij een landelijk multi-mediaal medical call center gevormd wordt door huisartsenposten, gezondheidslijnen, huisartsen en specialisten, ziekenhuizen en zorgverzekeraars. Al deze verschillende partijen dienen een integraal onderdeel van het communicatie platform te zijn zodat zij onderling optimaal kunnen doorschakelen naar een arts of specialist of andere dienstverlener binnen of buiten de regio.
Landelijke dekking
Natuurlijk kunnen individuele projecten nooit tot een groot landelijk dekkend systeem komen als er niet de ondersteuning is vanuit diverse organisaties. Veiligheid, privacy waarborging, authenticatie en financiele afrekening; Het zijn de onderwerpen die binnen het Platform vaak aan de orde worden gestelt. Een ondersteuning vanuit LHV, NCPF, RVZ, NICTIZ, zorgverzekeraars en financiers is dan ook zeer welkom en het Platform ziet de inmenging van deze organisaties dan ook graag tegemoet.
4e symposium
Op 15 maart 2004 werd het 4e symosium georganiseerd bij Stichting Humanitas te Rotterdam.
‘E-Health en E-Care, digitale opstap naar 1e lijnszorg’.
Wederom een laagdrempelig symposium met zo’n 100 bezoekers uit heel het land en met vier sprekers die tien minuten spreektijd hebben.
Zoals altijd stelde de voorzitter de heer Becker in het Humanitasgebouw Akropolis de ruimte beschikbaar. De bezoekers kwamen uit de zorgsector, IT dienstverlening of beide. Aanwezig waren ook de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Geneeskunde (KNMG), het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), vertegenwoordigers van NICTIZ, de zorgverzekeraar CZ en een speciale groep patiënten, namelijk doven. Zij zouden grote baat kunnen hebben bij ict-vernieuwingen en volgden het symposium via doventolken.
Naast de formele presentaties van deze keer 4 x circa 10 tot 15 minuten biedt het Platform een informele ontmoetingsplek met ruimte na afloop van de presentatie’s voor discussie of onderlinge contacten op te doen. Het voordeel van de korte presentatie is kort en bondig de boodschap over te brengen waardoor het geheel lichtvoetig en laagdrempelig blijft. Sprekers zijn de heer Tunderman (www.ecotel.nl), de secretaris van het platform met ‘de stand van zaken’ en een oproep tot deelname aan of opzetten van verdere initiatieven. Zijn stelling: “Het dreigende huisartsentekort dat de Landelijke Vereniging van Huisartsen voor de nabije toekomst signaleert zou met het gebruik van e-mailconsulten door meer artsen snel en relatief goedkoop opgevangen kunnen worden.” De heer Kortekaas van SurfPlan.nl behandelde het veiligheidsaspect van e-mail en het e-mailconsult in het bijzonder. De gevoeligheid van medische informatie en de mogelijkheid dat e-mail onderschept kan worden, maakt versleuteling noodzakelijk. Belangrijk en vrij eenvoudig te regelen zo liet hij zien. Katleen Paal (MoveDis.nl) en Christien van der Most (ncmconsult.nl), respectievelijk diëtiste en vertegenwoordigster van Wellness International Network (WIN) voor onder andere voedingssupplementen, vertelden over hun ervaringen met internet. De diëtiste kan patiënten behandelen die door de e-maildokter Robert Mol naar haar worden doorverwezen waarbij gebruik gemaakt wordt van een gestandaardiseerd verwijsformulier. Mevrouw Van der Most wees er op dat het voorkomen van ziekten door voedingssupplementen te gebruiken relatief nieuw is. Zij laat klanten gebruik maken van de producten die als ze hun werking bewijzen door gebruikers via internet nabesteld kunnen worden. Tot slot sprak Ton Spil van de Universiteit Twente, over zijn onderzoek naar relevante en minder relevante ict-oplossingen. Om erachter te komen wat relevante oplossingen zijn moeten vragen worden beantwoord als: ‘is het een probleem van ‘hier en nu?’, is alle relevante informatie verwerkt?, ‘ is het systeem dat wordt aangeboden actief of is het een kijkdoos?’ Criteria waaraan oplossingen moeten voldoen, liggen op het vlak van ogenschijnlijk open deuren als: ‘de klant moet de oplossing zien’, ‘het moet het probleem van de klant aanpakken’ (en niet een probleem dat misschien hooguit iets met dat van de klant te maken heeft). Hiertegen is veel gezondigd en deelnemers wijten hieraan de schroom van durfkapitalisten om ict-projecten te financieren. De presentaties zijn te downloaden via de website van het Platform,
www.e-healthplatform.nl
Robert Mol, de e-maildokter leidde de discussie achteraf. De vertegenwoordiger van VWS opende die met de opmerking dat VWS zich afwachtend opstelde. ‘Zaten patiënten te wachten op e-mailconsulten?’ vroeg hij zich af. ‘Moet VWS een bijdrage leveren zonder dat duidelijk is wat de patient/consument wil?’
Het platform organiseert in september een vijfde symposium en zal zich hard maken om een forum discussie te organiseren waarbij uitgenodigd zullen worden: VWS, KNMG, CTG, NICTIZ, Consumentenbond en de NPCF om samen te werken aan pragmatische oplossingen voor problemen als het huisartsentekort, de lange wachtlijsten en een verbetering van de communicatie en uitwisseling van gegevens tussen patiënt, zorgverlener en verzekeraar.
Meer informatie: Mail naar info@e-healthplatform.nl
|